Registreer Aanmelden
Home Over het project
Vaak gestelde vragen
Hydrologisch herstelproject Ecohydrologische studie Landbouweffecten Waterbeheer Grondaankopen Overleg en inspraak Zoeken in alle vragen Overzicht van alle vragen per onderwerp Stel zelf een vraag
Nieuws Contact Gebiedswerking De Kleine Nete
Registreer Aanmelden
Home Over het project
Vaak gestelde vragen
Hydrologisch herstelproject Ecohydrologische studie Landbouweffecten Waterbeheer Grondaankopen Overleg en inspraak Zoeken in alle vragen Overzicht van alle vragen per onderwerp Stel zelf een vraag
Nieuws Contact Gebiedswerking De Kleine Nete

Lees alle vragen en antwoorden

Toon opnieuw willekeurig 24 van de 38 bijdragen

Grondaankopen

Kan ik van de overheid eisen dat ze mijn gronden aankopen?

De Vlaamse overheid is, in bepaalde gebieden en onder bepaalde voorwaarden, verplicht onroerende goederen aan te kopen die door de eigenaars te koop aangeboden worden op basis van de verschillende koopplichten die ingeschreven zijn in het instrumentendecreet. 

 

Zo kunnen een eigenaars van een onroerend goed in het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) of in een Speciale BeschermingsZone Natura 2000 (SBZ) eisen dat het Vlaamse Gewest hun onroerend goed aankoopt als ze kunnen aantonen dat er is sprake van een ernstige waardevermindering (met name meer dan 20%) én dat de leefbaarheid van een bestaand bedrijf in het gedrang komt (met name wanneer het arbeidsinkomen daalt onder twee derde van het gewestelijk vergelijkbaar inkomen). Ook wanneer een gebied afgebakend wordt als overstromingsgebied of oeverzone kunnen eigenaars in die gevallen de koopplicht inroepen.

 

Meer over de verschillende soorten koopplicht lees je op deze website.

0 0 0
lees meer

Overleg en inspraak

Hebben landbouwers en grondeigenaars inspraak in het project?

Landbouwers worden geïnformeerd over het voorgenomen project en bevraagd via de opmaak van het landbouweffectenrapport.


Overheidsplannen worden uitgewerkt conform de daarvoor decretaal vastgestelde inspraakprocedures. De opmaak van de inrichtingsnota en het ruimtelijk uitvoeringsplan voorziet een aantal formele participatiemomenten, publieke consultaties en openbare onderzoeken waar álle eigenaars en gebruikers de mogelijkheid hebben tot het formuleren van inspraakreacties, opmerken of bezwaren.

 

Het verder uitwerken van de plannen wordt opgevolgd door een begeleidingsgroep met vertegenwoordigers van de lokale besturen, de natuur- en landbouworganisaties en aantal vertegenwoordigers vanuit de in het gebied betrokken landbouwers en natuurbeheerders. Informatie over het project voor het brede publiek wordt gepubliceerd via www.kleinenete.be.  

 

Naast het hydrologisch herstelplan zal ook werk gemaakt worden van een landbouwinnovatietraject waarin nagaan werd welke andere vormen van landbouw er mogelijk zijn in gebieden met hogere grondwaterstanden of frequentere overstromingen.

0 0 0
lees meer

Grondaankopen

Heeft de overheid een recht van voorkoop in het gebied?

In bepaalde delen van de vallei van de Kleine Nete hebben bepaalde overheden een recht van voorkoop. Het recht van voorkoop is een wettelijk recht dat de houder van dat recht de mogelijkheid geeft om gronden en gebouwen die verkocht worden, bij voorrang op de kandidaat-koper aan te kopen, voor dezelfde prijs en onder dezelfde voorwaarden.

 

Als u wilt weten of er een Vlaams voorkooprecht van toepassing is op een bepaald perceel kunt u:

de digitale kaart met de ‘Vlaamse voorkooprechten’ raadplegen  contact opnemen met een notaris. Die kan alle Vlaamse rechten van voorkoop die worden aangeboden, raadplegen via het e-voorkooploket.

 

Op onderstaande kaart zijn de percelen waarvoor een recht van voorkoop van toepassing is, ingekleurd. U kan klikken op het perceel om na te gaan welke voorkooprechten er gelden.

 

0 0 0
lees meer

Waterbeheer

Zijn de grondwaterkwaliteitsnormen voor fosfor in het natuurgebied van De Zegge strenger dan de drinkwaternorm? 

Er zijn binnen het huidig wettelijk kader géén andere of strengere milieukwaliteitsnormen voor het grond- of oppervlaktewater voor het natuurgebied De Zegge. 

 

Er is ook geen drinkwaternorm voor fosfor (P) bepaald. Er zijn wel drinkwaternormen voor nitraat (50 mg/l) en voor nitriet (0.5 mg/l) bepaald en een indicatorwaarde voor ammonium (0.5 mg/l). 


De milieukwaliteitsnormen voor grondwater zijn opgenomen in VLAREM in bijlage 2.4.1. De grondwaterkwaliteitsnorm voor (ortho)fosfaat (PO4---) is 1.34 mg/l , voor nitraat (NO3-) is de norm 50 mg/l , voor nitriet (NO2-) 0.1 mg/l en voor ammonium (NH4+) 0.5 mg/l.

 

In recent wetenschappelijk onderzoek van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (Herr et. al. INBO, 2024) (https://doi.org/10.21436/inbor.107856296) wordt aangeven welke de wenselijke concentraties en grenswaarden voor bepaalde nutriënten zijn voor bepaalde habitattypes. Deze wenselijke concentraties liggen volgens het advies van het INBO lager dan de huidige geldende milieukwaliteitsnormen voor grondwater. De inzichten uit dit wetenschappelijk onderzoek en advies van het INBO hebben tot op heden nog niet geleid tot een aanpassing van de wettelijke kwaliteitsnormen voor grond- en oppervlaktewater. Ze zijn uiteraard wél relevant voor het bepalen van de maatregelen nodig voor het realiseren van een gunstige staat van instandhouding van de soorten en habitats van de Europese Natura 2000-gebieden.

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Kunnen landbouwbedrijven in het gebied nog nieuwe vergunningen krijgen?

Ja. Het aanvragen en verlenen van omgevingsvergunningen voor landbouwbedrijven in agrarisch gebied is mogelijk binnen de geldende randvoorwaarden (watertoets, passende beoordeling, VEN-toets…). Als er geen betekenisvolle aantasting van de soorten en habitats van de Natura 2000-gebieden is, er geen onvermijdbare en onherstelbare schade aan de natuur in VEN veroorzaakt wordt én de aanvraag geen negatieve gevolgen heeft voor het functioneren van het watersysteem, kunnen vergunning in principe afgeleverd worden. Vergunningen die daar niet aan voldoen, zullen geweigerd worden.

0 0 0
lees meer

Overleg en inspraak

Wie zetelt in de Task Force voor het hydrologisch herstel van De Zegge?

De Task Force is samengesteld door vertegenwoordigers van de diensten van de gouverneur, de Dienst Integraal Waterbeheer van de provincie Antwerpen en het entiteitsoverschrijdend projectteam van het beleidsdomein Omgeving van de Vlaamse Overheid (bestaande uit Departement Omgeving, Agentschap voor Natuur en Bos, Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, Vlaamse Milieumaatschappij en Vlaamse Landmaatschappij). 

0 0 0
lees meer

Grondaankopen

Hoe komt het dat de VLM al bij sommige landbouwers op bezoek geweest is en andere niet?

De Vlaamse Landmaatschappij heeft historisch gronden van Domein de Zegge in eigendom en contacten met landbouwers in het gebied rond de Zegge. De Vlaamse Regering gaf de VLM de opdracht om een bewarend grondbeleid te voeren en in te gaan op aankoopopportuniteiten.


Tijdens de opmaak van de ecohydrologische studie namen enkele landbouwers het initiatief om  contact op te nemen met de VLM. Met een aantal landbouwers zijn gesprekken opgestart al dan niet met een vraag tot aankoop van percelen en/of bedrijven door het Vlaams Gewest. 


Waar mogelijk is de VLM ingegaan op die vraag, waar dat nog niet is kunnen gebeuren zal dat nog gebeuren.


In het kader van het LER startte de bevraging vanaf 18 november 2024. 

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Wat houdt het landbouweffectenrapport in?

De ecohydrologische studie geeft een inzicht in de zones waar ‘effecten’ (hogere grondwaterstanden, frequentere overstromingen) op landbouw verwacht worden als gevolg van het beoogde hydrologisch herstel. Dat betekent dat dat een groot deel van deze zone na de ingrepen wellicht niet langer bruikbaar zal zijn voor veevoeder- en akkerbouwteelten. 

 

Via het landbouweffectenrapport wordt nagegaan:  

 

welke landbouwbedrijven deze gronden gebruiken; 

wat de impact op de bedrijfsvoering van deze landbouwbedrijven is als deze gronden niet meer gebruikt zouden kunnen worden;

welke flankerende maatregelen voor elke van deze bedrijven mogelijk of wenselijk zijn. Flankerende maatregelen kunnen onder andere betekenen dat je ruilgrond krijgt, je de activiteit op een perceel (gefaseerd) stopzet, je een vergoeding ontvangt om de minderopbrengst te compenseren, je je landbouwbedrijf stopt of de bedrijfszetel verplaatst,  dat de Vlaamse overheid gebouwen en gronden van je koopt …

 

Bekijk hier de toelichting voor landbouwers over het project en de opmaak van het landbouweffectenrapport.

0 0 0
lees meer

Hydrologisch herstelproject

Waarom wordt de beslissing over de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) als motivering voor de noodzaak tot vernatten aangehouden, terwijl de onderbouwing en oplossingsrichtingen van het stikstofdecreet door een aantal partijen juridisch aangevochten worden en het decreet mogelijk vernietigd wordt?

De PAS voorziet naast de maatregelen gericht op emissiereductie ook een programma en budgetten voor natuurherstel en bijhorend flankerend beleid (PAS-stikstofsanering). Dit programma en budget dient om de maatregelen die genomen moeten worden om de in 2014 vastgestelde Natura 2000-doelen te realiseren tegen 2050 via geïntegreerde gebiedsprojecten uit te voeren. 


Het stikstofdecreet en de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) bepalen deze doelen niet. Ook bij een eventuele vernietiging van (delen van) het stikstofdecreet, blijven de Natura 2000-doelen van toepassing en moeten ze gerealiseerd worden. Het omgevingsbeleid blijft dus gericht op het realiseren van de in 2014 vastgestelde Natura 2000-doelen, zoals ook reeds het geval was voor de goedkeuring van de PAS.

 

De Europese natuurherstelverordening verplicht de lidstaten bovendien ook om werk te maken van dit natuurherstel en in het bijzonder voor gedegradeerde veengebieden. Daarnaast verplicht de Europese LULUCF-verordening lidstaten ook om via landgebruik en landgebruikswijzigingen netto méér koolstof in de bodem op te slaan dan uit te stoten, onder meer door herstel van veengebieden die grote koolstofvoorraden bevatten die bij verdroging vrijkomen in de atmosfeer. Een eventuele vernietiging van (delen van) het stikstofdecreet wijzigt ook die verplichtingen niet en zal de de opgave voor het gebied op vlak van herstel van natte natuur en veengebieden niet wijzigen.

0 0 0
lees meer

Hydrologisch herstelproject

Wat is er al beslist?

Het hydrologisch herstel van de vallei van de Kleine Nete rond De Zegge kadert in essentie binnen de uitvoering van Europese habitatrichtlijn uit 1992 die elke EU-lidstaat verplicht om de nodige maatregelen om bepaalde natuurlijke habitats in stand te houden binnen een coherent Europees ecologisch netwerk van speciale beschermingszones (SBZ's), Natura 2000 genaamd. In uitvoering van de richtlijn duidde de Vlaamse Regering deze speciale beschermingszones aan en legde ze via zgn. ‘instandhoudingsdoelen’ vast welke de vereisten zijn om deze habitats en soorten in een ‘gunstige staat van instandhouding’ te brengen tegen 2050.  

 

Voor de speciale beschermingszones (SBZ) in de vallei van de Kleine Nete legde de Vlaamse Regering in 2014 deze doelen definitief vast. Dit besluit bepaalt onder meer dat er in het SBZ-deelgebied Zegge-Mosselgoren een laagveenmoeras van >300 ha hersteld moet worden en dat er in het SBZ-deelgebied Olens Broek een natte natuurkern van >150 ha hersteld moet worden. 

 

De Vlaamse Regering besliste aanvullend daarop in het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) in 2023 dat – om deze Natura 2000-doelen te kunnen realiseren – als onderdeel van het luik “stikstofsanering” voor de habitatrichtlijngebieden met grondwaterafhankelijke habitats (waaronder deze in de Kleine Nete) via geïntegreerde totaalprojecten ingezet moet worden op het hydrologisch herstel op landschapsniveau waarbij dat hydrologisch herstel een vernatting impliceert waarvoor er zowel binnen als buiten de speciale beschermingszones maatregelen zullen zijn. Het voorgestelde hydrologisch herstel van De Zegge voert deze beslissing uit. 

 

Begin 2024 keurde de Vlaamse Regering een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan goed voor (delen van) de vallei van de Kleine Nete waarbij binnen de SBZ-deelgebieden Zegge-Mosselgoren en Olens Broek de nodige oppervlakte natuurbestemmingen vastgelegd werden voor de realisatie van de Natura 2000-doelen. 

 

Over de concrete bestemming en inrichting van de omliggende (landbouw)gebieden langs de Kleine Nete is nog géén beslissing genomen. De concrete voorstellen daarvoor zullen via de verdere uitwerking van het hydrologisch herstelplan en de inrichtingsnota de komende twee jaar verder vorm moeten krijgen. Wel is duidelijk dat die voorstellen uitvoering zullen moeten passen binnen de beleidsbeslissingen over de Natura 2000-doelen en de PAS-stikstofsanering. 

 

0 0 0
lees meer

Ecohydrologische studie

Wat zijn de resultaten van de ecohydrologische studie?

Uit de ecohydrologische studie blijkt dat de grondwaterpeilen in de Natura 2000-gebieden te laag zijn om de grondwaterafhankelijke habitats in stand te kunnen houden. Dat is het gevolg van de wijze waarop het waterbeheer sinds de ontginning van het Geels Gebroekt in de jaren 1950 gevoerd wordt. De rechttrekking en verdieping van de Kleine Nete gecombineerd met het systeem van ontwateringsgrachten en pompen dat dient om de grondwaterpeilen kunstmatig laag te houden in het landbouwgebied heeft ervoor gezorgd dat ook de grondwaterpeilen in natuurgebieden te laag zijn komen te liggen en er een probleem van verdroging is.

 

Via het model kan nagegaan worden het effect van bepaalde ingrepen in het waterbeheer op de grondwaterstanden in de Natura 2000-gebieden en op de overstromingen in de vallei. Uitgaande van de grondwaterstanden die nodig zijn om de natuur te herstellen en in stand te kunnen houden, zijn voorstellen van maatregelen uitgewerkt waarmee de grondwaterpeilen in de natuurgebieden hersteld worden en opnieuw voldoende hoog blijven. Maatregelen zijn bv. aanpassingen aan de kunstwerken (dijken, stuwen, pompen…), aan de waterlopen zelf (aanpassen van de loop of ver(on)diepen) of aan de drainage van percelen.

 

Niet alleen de grondwaterpeilen spelen een rol. Ook frequente overstromingen met voor de natuur te nutriëntrijk water zorgen voor onomkeerbare schade aan de vegetatie. Door de huidige inrichting krijgen de natuurgebieden bovendien disproportioneel veel overstromingswater, terwijl grote delen van de nature overstroombare vallei en natuurlijke bergingsruimte niet aangesproken worden en door dijken en pompen meer gevrijwaard blijven van overstromingen. Zolang de waterkwaliteit niet voldoende verbetert moeten ook maatregelen genomen worden om overstromingen in de natuurgebieden te vermijden. Ook daar stelt de studie maatregelen voor voor en is de impact op de overstromingsfrequentie en -diepte in de verschillende gebieden via het model doorgerekend.

 

De studie stelt een aanpak in drie stappen voor:

 

Stap 1. Het nemen van een aantal acute maatregelen op korte termijn om te vermijden dat er verdere onomkeerbare schade aan de natuur veroorzaakt wordt door overstromingen met te nutriëntrijk water. 

Stap 2. Het uitvoeren van een aantal eerder technische ingrepen die ervoor zorgen dat de grondwaterpeilen in de Natura 2000-gebieden hersteld worden én tegelijk overstromingen met te nutriëntrijk water vermeden worden. In deze fase zal er vaker en meer water geborgen moeten worden in de laag gelegen landbouwpolder tussen de Kleine Nete en De Zegge. 

Stap 3. Het realiseren van een hydrologisch herstel op landschapsniveau waarbij de grondwaterpeilen in de Natura 2000-gebieden voldoende hoog blijven én alle van nature overstroombare delen van de vallei – inclusief de laag gelegen natuurgebieden – opnieuw kunnen overstromen. Dat kan pas op het ogenblik dat de waterkwaliteit voldoende verbeterd is in functie van de kwetsbare natuur. In deze fase worden het natuurlijk valleisysteem met een meanderende en minder diepe Kleine Nete hersteld waarbij de rivier opnieuw ruimte krijgt om in haar vallei te overstromen. 

 

Raadpleeg de ecohydrologische studie

0 0 0
lees meer

Hydrologisch herstelproject

Wat is het nut van behoud en herstel veengebieden?

Veengebieden spelen een belangrijke rol bij de wereldwijde klimaatregulering en het voorkomen van overstromingen en droogte. Niet-ontwaterde veengebieden vertonen een sterke sponswerking waardoor piekafvoeren bij extreme regenval worden vertraagd en de kans op overstromingen afneemt. Bovendien beschikken veengebieden over de bijzondere capaciteit om grote hoeveelheden CO2 op te slaan in de veenbodem.  

 

Veengrond ontstaat als plantenresten niet vergaan, maar onder water, ­afgesloten van zuurstof, dikke lagen vormen. Een traag proces wat eeuwen duurt. Veengebieden op het noordelijk halfrond tellen 3 tot 5% van het totale landoppervlak en bevatten ongeveer 33% van de wereldwijde bodemkoolstof. Daarom hebben veengebieden een sterk natuurlijk potentieel om koolstof te besparen en spelen ze een belangrijke rol in de op de natuur gebaseerde oplossingen voor klimaatverandering. 

 

Veengebieden staan echter wereldwijd onder druk en dreigen zelfs te verdwijnen door verschillende factoren zoals drainage ten behoeve van landbouw, veenontginning of waterverontreiniging. Bij verlaging van de grondwaterstand, bij afgraven van het veen en/of een verhoogde aanvoer van voedingsstoffen, kan het verlies van veen versnellen en daarbij een grote bron voor uitstoot van CO2 vormen. Wanneer veengebieden droog komen te staan, komt de goed bewaarde koolstof dus vrij als broeikasgassen in de atmosfeer. Sinds halfweg de twintigste eeuw is ruim 90 procent van de Vlaamse ­venen verloren gegaan door droogleggingsprojecten. Het gevolg hiervan is dat veel veengebieden nu vooral koolstof uitstoten i.p.v. op te slaan. Een verdere degradatie moet daarom voorkomen worden en meer herstel van resterende veengebieden moet aangemoedigd worden.

 

De Europese LULUCF-verordening legt op dat landgebruikswijzigingen netto moeten bijdragen aan het bijkomend opslaan van CO2. Samen met veen en natte natuur vormen wetlands de grootste opslag van bodemkoolstof per hectare. Het is belangrijk om deze koolstofhotspots te behouden, te beschermen en uit te breiden door vernatting. Dat kan door grondwaterstanden te behouden of te verhogen via peilbeheer, of door het gecontroleerd wegnemen van drainerende grachten of ondergrondse drainages. Oppervlakteveen en ondergronds diepveen is ook rijk aan koolstof, en moeten daarom maximaal behouden en beschermd worden. 

 

In de vallei van de Kleine Nete wordt onder andere via het INTERREG-project ADMIRE aan veenbehoud en -herstel gewerkt. Meer weten over het belang van veen? Bekijk dan zeker deze filmpjes over veen en veenherstel.

 

 

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Zal er nog landbouw mogelijk zijn in het gebied?

Op basis van de huidige inzichten vanuit de ecohydrologische studie zullen de grondwaterpeilen in de omgeving van de SBZ-deelgebieden Zegge-Mosselgoren en Olens Broek in de toekomst hoger liggen en zal de overstromingsfrequentie in de landbouwpolder tussen Kleine Nete en Roerdompstraat wellicht stijgen waardoor het gebied naar alle waarschijnlijkheid veel minder geschikt wordt voor de veevoedergewas- en akkerbouwteelten die er vandaag voorkomen. 

 

Er is voorgesteld om een innovatietraject op te starten met een aantal kennisinstellingen en de landbouwsector om te onderzoeken of er andere vormen van landbouw mogelijk zijn in een nattere vallei, het is dus niet per definitie uitgesloten dat er nog een bepaalde vorm van landbouw mogelijk zal zijn voor zoverre die compatibel of verenigbaar is met de waterbergings- en bufferfunctie van de van nature overstroombare en natte valleigronden. Het is echter ook mogelijk dat uiteindelijk zal blijken dat er geen vormen van landbouwproductie mogelijk zijn. Het verder onderzoek en overleg zal dat moeten uitwijzen. 

0 0 0
lees meer

Grondaankopen

Aan welke prijzen koopt de overheid landbouwgronden aan?

Het Vlaams Gewest koopt aan op basis van de schattingsverslagen van de Afdeling Schatting en Waardering van de Vlaamse Belastingsdienst en mag niet meer bieden dan deze schatting.

 

De Vlaamse Regering heeft in 2022 wél beslist dat er - net zoals voor de realisatie van het Sigmaplan - als onderdeel van het flankerend beleid landbouw extra financiële stimuli ingezet kunnen worden in de vallei van de Kleine Nete voor de realisatie van het hydrologisch herstel. Het gaat om de inzet van vergoedingen zoals voorzien in het decreet landinrichting:

Eigenaarstoeslag: eigenaars kunnen bovenop de verkoopprijs een vergoeding van max. 20% van de venale waarde krijgen. Wijkersstimulus: bovenop de conventionele eindepachtvergoeding kunnen landbouwers een bijkomende vergoeding van max. 2000 euro per hectare krijgen.

 

Percelen die via het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in 2024 wijzigden van een landbouwbestemming naar een natuurbestemming koopt de Vlaamse Landmaatschappij tot vijf jaar na de inwerkingtreding van de nieuwe natuurbestemming aan aan de prijs van landbouwgrond zodat eigenaars zelf nadien geen kapitaalschadevergoeding moeten aanvragen. De nieuwe natuurbestemmingen rond De Zegge en de Mosselgoren traden in werking op 12 februari 2024. De termijn van vijf jaar van deze regeling loopt dus nog tot 12 februari 2029.

 

0 0 0
lees meer

Overleg en inspraak

Wie beslist over de uiteindelijke inrichting en bestemming van het gebied?

De Taks Force zal de voorstellen uitwerken in overleg met de begeleidingsgroep. Na een openbaar onderzoek over de ontwerp inrichtingsnota is het aan de Vlaamse Regering om een beslissing te nemen over de definitieve inrichtingsnota en het op te maken ruimtelijk uitvoeringsplan.

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Zijn er andere opties voor landbouwbedrijven dan stopzetting?

In het landbouweffectenrappor (LER) zal per bedrijf nagegaan worden wat de impact is op de bedrijfsvoering als bepaalde gronden in de toekomst mogelijk niet meer gebruikt kunnen worden en hoe dat gecompenseerd kan worden. Opties zijn bv. het ruilen van percelen, vergoedingen voor waardeverlies, het sluiten van beheerovereenkomsten, meewerken aan omvormingsbeheer of beheerlandbouw…
Daarnaast wordt een innovatiegroep landbouwtransitie opgericht waarbij verschillende kennisinstellingen en organisaties samengebracht worden om na te gaan welke andere vormen van landbouw eventueel mogelijk zijn in gebieden met hogere grondwaterstanden en overstromingsfrequenties en welke bedrijven daar een economisch verdienmodel zouden rond kunnen ontwikkelen.

0 0 0
lees meer

Grondaankopen

Welke gronden heeft de overheid reeds in eigendom in het gebied?

Het overzicht van de alle gronden en gebouwen in eigendom van overheden kan u raadplegen via deze webkaart.

 

 

U kan op een perceel klikken om na te gaan welke overheid eigenaar is. Deze kaart wordt jaarlijks geactualiseerd. Nieuwe aankopen zijn daarom niet onmiddellijk zichtbaar. Via de infoknop bij deze laag kan u nagaan welke toestand getoond wordt.

 

 

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Hoe lang kunnen landbouwbedrijven nog gronden in de landbouwpolder gebruiken?

Zolang de bestemmingen in het gebied niet gewijzigd zijn, blijven de agrarische bestemmingen in de landbouwpolder van kracht en is landbouwgebruik mogelijk. Welke zones wel of niet en wanneer van bestemming zullen wijzigen is nog niet bepaald. Zolang er geen bestemmingswijziging is doorgevoerd en/of er geen inrichtingsmaatregelen genomen zijn waardoor percelen onbruikbaar worden, kunnen landbouwbedrijven de gronden in het gebied blijven gebruiken.

0 0 0
lees meer

Waterbeheer

Wat is een peilbesluit en waarom wordt zo'n besluit opgemaakt voor het gebied rond De Zegge?

Met peilbeheer beïnvloeden we het oppervlaktewater en onrechtstreeks ook de grondwaterstanden in een afgebakend gebied. Dat gebeurt via regelbare constructies, zoals pompen en stuwen, op onbevaarbare waterlopen en grachten. Peilbeheer is vooral belangrijk in vlakke gebieden waar pompgemalen en stuwen het peil in een gebied bepalen.

 

In heel wat gebieden werken waterbeheerders aan de opmaak peilbesluiten. Het zijn juridisch verankerde afspraken voor beter peilbeheer op onbevaarbare waterlopen en grachten. Zo pakken we verdroging aan en houden we het water zoveel mogelijk vast volgens de noden in een gebied. Volgens een ministerieel besluit is het gebied van De Zegge is één van de 26 prioritaire gebieden waarvoor zo'n peilbesluit op korte termijn moet opgemaakt worden. De waterbeheerders zijn daardoor verplicht om binnen een bepaalde termijn een ontwerp peilbesluit voor goedkeuring voor te leggen aan de minister. 

 

Droogleggingsprojecten voor landbouw via regelbare constucties zijn omgevingsvergunningsplichtig (rubriek 65 VLAREM II), behalve als ze in overeenstemming zijn met een goedgekeurd peilbesluit. Het droogleggingsproject voor landbouw in de Zeggepolder beschikt vandaag niet over de nodige vergunningen. Via het op te maken peilbesluit zullen de toekomstige peilen op de waterlopen in het gebied vastgelegd worden en zal dus bepaald worden hoe welke peilen via de regelbare constructies (stuwen, pompgemalen...) in het gebied aangehouden moeten worden.

 

Meer informatie over de opmaak van peilbesluiten lees je op de website Peilbeheer van de VMM.

0 0 0
lees meer

Waterbeheer

Zijn er schadevergoedingen voorzien voor de eigenaars en gebruikers in het gebied?

Indien uiteindelijk blijkt dat de actuele agrarische bestemmingen niet behouden kunnen blijven en een bestemmingswijziging nodig is, zal een daarvoor een ruimtelijk uitvoeringsplan opgemaakt. Na de vaststelling van het ruimtelijk uitvoeringsplan zijn de terzake geldende regelingen inzake compenserende eigenaarsvergoedingen (planschade, kapitaalschade…) en gebruikerscompensaties uit het instrumentendecreet van toepassing. Zie daarvoor https://omgeving.vlaanderen.be/nl/decreten-en-uitvoeringsbesluiten/wetwijzer/instrumentendecreet  

 

Voor de percelen die reeds via het begin 2024 vastgesteld ruimtelijk uitvoeringsplan reeds herbestemd werden, zijn er reeds schaderegelingen (kapitaalschadevergoeding, gebruikerschadvergoeding) van toepassing.

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Kan ik in mijn landbouwbedrijfswoning in het agrarisch gebied blijven wonen als ik stop als landbouwer?

Het omvormen van een landbouwbedrijfswoning naar een louter residentiële woning die geen binding meer heeft met de (al dan niet beëindigde) landbouwexploitatie is een vergunningsplichtige functiewijziging.

 

Deze vergunningsplicht geldt echter niet voor de voormalige landbouwers die na het stopzetten van de landbouwexploitatie blijven wonen; die vergunningsplicht onstaat immers pas bij overdracht van enig zakelijk recht (cfr. artikel 2 §2 van het besluit vergunningsplichtige functiewijzigingen). De woning verhuren of verkopen als residentiële woning aan iemand anders kan dus enkel na het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor deze functiewijziging.

 

Het verkijgen van een vergunning voor het wijzigen van het gebuik van een landbouwbedrijfswoning naar een ééngezinswoning is enkel mogelijk voor de bedrijfswoning en de daarbij fysiek rechtstreeks aansluitende ruimtes. De bedrijfsgebouwen van het landbouwbedrijf mogen ook niet afgesplitst worden van de bedrijfswoning en kunnen enkel een nieuw gebruik als woningbijgebouw krijgen. Deze voorwaarden zijn omschreven in artikel 11 van besluit toelaatbare zonevreemde functiewijzigingen.

 

Let wel, het verkrijgen van zo'n vergunning is géén automatisch recht en wordt door de vergunningverlener steeds afgetoetst aan de principes van de goede ruimtelijke ordening en de functionele inpasbaarheid. Zo mag de functiewijziging de normale bedrijfsvoering van de landbouwbedrijven in de omgeving niet in het gedrang brengen.

 

 

 

 

 

 

 

0 0 0
lees meer

Grondaankopen

Kan ik mijn eigendom verkopen aan de overheid?

In de vallei van de Kleine Nete zijn er heel wat natuurdoelstellingen die gerealiseerd moeten worden. Grond is nodig om deze projecten te kunnen uitvoeren. De afgelopen jaren werd er een gericht aankoopbeleid gevoerd.

 

Het Agentschap voor Natuur en Bos en de Vlaamse Landmaatschappij kopen daarom gronden aan in functie van het inrichten van natte natuurkernen, het bufferen van de aanwezige waardevolle natuur, om percelen te bebossing, enz  Er wordt zowel natuurgebied en landbouwgebied aangekocht. Hiervoor zijn er budgetten beschikbaar via de verschillende grondenbanken.

 

Eigenaars kunnen hun gronden en gebouwen steeds te koop aanbieden aan het Vlaams gewest. Als gronden verworven worden door het Vlaams Gewest zal verder nagegaan of deze gronden een rol kunnen spelen bij de herinrichting in functie van het hydrologisch herstel dan wel of ze geschikt zijn als ruilgrond voor getroffen  landbouwers.  Indien u grond wenst te verkopen, kunt u contact opnemen met kleinenete@vlm.be. Als landbouwer kan u dit ook aangeven bij de bevraging voor het landbouweffectenrapport. 

 

In bepaalde gevallen kan u zelfs eisen dat de overheid uw eigendom koopt en geldt er een koopplicht.

0 0 0
lees meer

Overleg en inspraak

Wie zetelt in de begeleidingsgroep van het project?

De begeleidingsgroep wordt voorgezeten door de gouverneur. In de begeleidingsgroep zitten onder andere de gemeenten Geel, Kasterlee en Olen, een vertegenwoordiger van de Antwerpse deputatie, vertegenwoordigers van Boerenbond, Natuurpunt en KMDA, een vertegenwoordiging van de landbouwers uit de polder, Dienst Integraal Waterbeheer provincie Antwerpen, Vlaamse Milieumaatschappij, Vlaamse Landmaatschappij, Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, Agentschap voor Landbouw en Zeevisserij, Agentschap voor Natuur en Bos, Agentschap Onroerend Erfgoed en Departement Omgeving.

0 0 0
lees meer

Landbouweffecten

Zullen alle landbouwbedrijven in de landbouwpolder afgebroken worden?

In het kader van het bewarend grondbeleid gaat VLM maximaal in op vragen van bedrijven die hun bedrijfszetel vrijwillig wensen te verkopen. Na een eventuele verkoop gaat VLM geval per geval na wat de toekomstmogelijkheden voor deze gebouwen zijn. Indien blijkt dat die een beperkte of geen toekomstwaarde hebben voor nieuwe landbouwbedrijven (bv. omwille van de ligging in overstromingsgevoelig gebied, de nabijheid van kwetsbare natuur…) kan dat leiden tot het slopen van de bestaande gebouwen en het ontharden van de kavel.

0 0 0
lees meer
Toon opnieuw willekeurig 24 van de 38 bijdragen

info@kleinenete.be

Toegankelijkheid
|
Algemene voorwaarden
|
Uw privacy
|
|
Bpart 2025

We maken gebruik van functionele cookies die minimaal nodig zijn om de website goed te laten werken. Met analytische cookies kunnen we het gebruik van deze website beter begrijpen en verbeteren. Je kan analytische cookies weigeren of aanvaarden.

Hoe we met deze informatie omgaan vind je terug in ons privacy- en cookiebeleid.