De vallei van de Kleine Nete tussen Herentals en Geel staat voor ingrijpende veranderingen. De Vlaamse overheid werkt onder coördinatie van gouverneur Cathy Berx aan het hydrologisch herstel van de vallei.
2020
Vlaamse Regering keurt actieplan goed
2021-2024
Opmaak ecohydrologische studie
2024-2025
Opmaak landbouweffecten- rapport
2026
Opmaak inrichtingsnota
2027
Beslissing Vlaamse Regering over inrichtingsnota
Vanaf 2027
Start uitvoering herstelmaatregelen
Vaak gestelde vragen
Waterbeheer
Wat is de invloed op de grondwaterpeilen in De Zegge en Olens Broek van de grondwaterwinningen van het bedrijf UMICORE?
UMICORE pompt water op uit diepere grondwaterlagen. Deze pompactiviteiten hebben op zich beperkte invloed op de grondwaterstanden in Olens Broek of De Zegge en zijn door de overheid opgelegd in het kader van een bodemsaneringsproject (opgevolgd door OVAM) om verspreiding van de historische verontreinigingen in de bodem onder het bedrijfsterrein tegen te gaan.
Uit een studie uit 2003 blijkt dat het theoretisch benodigd debiet voor het verspreiden van de verontreiniging gelijk is aan ca. 3.7 miljoen m³/jaar. Dit rapport werd na 10 jaar geëvalueerd, waaruit bleek dat de, op dat moment opgepompte debieten te hard gedaald waren om verdere verspreiding van de grondwaterverontreiniging tegen te gaan. Op basis hiervan werd het noodzakelijk op te pompen volume terug opgetrokken tot 2.8 miljoen m³/jaar. Dit volume is dus noodzakelijk om verspreiding van historische vervuiling via grondwater tegen te gaan. Ze wordt continu opgevolgd en geëvalueerd via grondwatermodellering in samenspraak met OVAM en volumes worden zo nodig bijgesteld.
Bij de opmaak van het model voor de ecohydrologische studie werden er waterbalansen opgemaakt om de na gaan welke ingrepen impact hebben op het lokale grondwatersysteem. Uit deze analyse blijkt dat de impact van verliezen te wijten aan de grote grondwaterwinningen in het invloedsgebied van de Natura 2000-gebieden zeer beperkt is (slechts 2% van de totale waterverliezen in het modelgebied).
Waterbeheer
Zijn de grondwaterkwaliteitsnormen voor fosfor in het natuurgebied van De Zegge strenger dan de drinkwaternorm?
Er zijn binnen het huidig wettelijk kader géén andere of strengere milieukwaliteitsnormen voor het grond- of oppervlaktewater voor het natuurgebied De Zegge.
Er is ook geen drinkwaternorm voor fosfor (P) bepaald. Er zijn wel drinkwaternormen voor nitraat (50 mg/l) en voor nitriet (0.5 mg/l) bepaald en een indicatorwaarde voor ammonium (0.5 mg/l).
De milieukwaliteitsnormen voor grondwater zijn opgenomen in VLAREM in bijlage 2.4.1. De grondwaterkwaliteitsnorm voor (ortho)fosfaat (PO4---) is 1.34 mg/l , voor nitraat (NO3-) is de norm 50 mg/l , voor nitriet (NO2-) 0.1 mg/l en voor ammonium (NH4+) 0.5 mg/l.
In recent wetenschappelijk onderzoek van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (Herr et. al. INBO, 2024) (https://doi.org/10.21436/inbor.107856296) wordt aangeven welke de wenselijke concentraties en grenswaarden voor bepaalde nutriënten zijn voor bepaalde habitattypes. Deze wenselijke concentraties liggen volgens het advies van het INBO lager dan de huidige geldende milieukwaliteitsnormen voor grondwater. De inzichten uit dit wetenschappelijk onderzoek en advies van het INBO hebben tot op heden nog niet geleid tot een aanpassing van de wettelijke kwaliteitsnormen voor grond- en oppervlaktewater. Ze zijn uiteraard wél relevant voor het bepalen van de maatregelen nodig voor het realiseren van een gunstige staat van instandhouding van de soorten en habitats van de Europese Natura 2000-gebieden.
Hydrologisch herstelproject
Zal het project sowieso doorgaan, ongeacht wat er uit het LER of andere nota’s komt?
Het hydrologisch herstel kadert binnen een reeks eerder genomen beleidsbeslissingen. De resultaten van het LER zullen hier geen invloed op hebben. Inzichten uit het LER kunnen wel de fasering en/of uitwerking van de concrete maatregelen mee vorm gaan geven. Ze zullen ook de basis vormen voor het uitwerken van een flankerend beleid, ondersteuning of milderende maatregelen op maat van de betrokken bedrijven.
Ecohydrologische studie
Wat onderzoekt de ecohydrologische studie?
De ecohydrologische studie is opgestart in 2020 en afgewerkt in 2024. De studie is uitgevoerd door studiebureau Witteveen+Bos in opdracht van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB).
Het doel van de studie was om het grond- en oppervlaktewatersysteem voor de Natura 2000-gebieden van De Zegge-Mosselgoren en het Olens Broek in beeld te brengen via de opbouw van een model om de huidige grondwaterstanden en overstromingen te analyseren en om mogelijke oplossingsrichtingen uit te werken voor een duurzaam herstel van de grondwaterafhankelijke Europees beschermde natuur.
Lees hier meer over de resultaten van de ecohydrologische studie.
Raadpleeg de ecohydrologische studie
Landbouweffecten
Zal er nog landbouw mogelijk zijn in het gebied?
Op basis van de huidige inzichten vanuit de ecohydrologische studie zullen de grondwaterpeilen in de omgeving van de SBZ-deelgebieden Zegge-Mosselgoren en Olens Broek in de toekomst hoger liggen en zal de overstromingsfrequentie in de landbouwpolder tussen Kleine Nete en Roerdompstraat wellicht stijgen waardoor het gebied naar alle waarschijnlijkheid veel minder geschikt wordt voor de veevoedergewas- en akkerbouwteelten die er vandaag voorkomen.
Er is voorgesteld om een innovatietraject op te starten met een aantal kennisinstellingen en de landbouwsector om te onderzoeken of er andere vormen van landbouw mogelijk zijn in een nattere vallei, het is dus niet per definitie uitgesloten dat er nog een bepaalde vorm van landbouw mogelijk zal zijn voor zoverre die compatibel of verenigbaar is met de waterbergings- en bufferfunctie van de van nature overstroombare en natte valleigronden. Het is echter ook mogelijk dat uiteindelijk zal blijken dat er geen vormen van landbouwproductie mogelijk zijn. Het verder onderzoek en overleg zal dat moeten uitwijzen.
Grondaankopen
Waarom koopt VLM nu al gronden aan in het landbouwgebied?
In de vallei van de Kleine Nete is er een grote ruimtelijke opgave om de regio weerbaar te maken tegen de gevolgen van klimaatverstoring, de waterkwaliteit te verbeteren, de vastlegging van koolstof in veengebieden te verzekeren en de achteruitgang van de biodiversiteit in Europees beschermde gebieden te stoppen. Dat impliceert dat er belangrijke landgebruikswijzigingen en herinrichtingswerken nodig zijn. Om die te realiseren is grond nodig.
Het Agentschap voor Natuur en Bos en de Vlaamse Landmaatschappij kopen daarom gronden aan in functie van het inrichten van natte natuurkernen in de Natura 2000-gebieden en het opbouwen van een reserve aan ruilgronden voor landbouwers in agrarisch gebied.
In 2020 gaf de Vlaamse Regering in het kader van de beslissing over het plan van aanpak voor De Zegge de opdracht aan VLM, ANB en VMM om – in afwachting van de ecohydrologische studie en beslissingen over de herinrichting van het gebied – wél in te gaan op aankoopopportuniteiten in het gebied. Het Agentschap voor Natuur en Bos koopt gronden in natuur- en bosgebied om het nodige natuurherstel te realiseren. De Vlaamse Landmaatschappij voert vooral een flankerend en bewarend grondbeleid.
Dit bewarend grondbeleid door het Vlaams Gewest is te verantwoorden gezien de grote mate van waarschijnlijkheid dat de toekomstmogelijkheden voor landbouw zullen wijzigen. Op die manier wordt maximaal vermeden dat er nieuwe landbouwbedrijfsactiviteiten of nieuwe zonevreemde functies op vrijkomende landbouwpercelen of -gebouwen ontwikkelen en dergelijke ontwikkelingen het hydrologisch herstel hypothekeren.
VLM koopt enkel pachtvrije gronden en bedrijfszetels op vraag van de betrokken eigenaars. In afwachting van een beslissing over de bestemming of herinrichting van het gebied kunnen de gronden in principe in landbouwgebruik blijven, doorgaans via een jaarlijkse pacht aan landbouwers. Indien de gronden in de huidige situatie al minder geschikt of bruikbaar zouden zijn voor conventioneel landbouwgebruik of indien er opportuniteiten zijn voor het hydrologisch herstel zonder dat dat effecten heeft voor ander bestaand landbouwgebruik in het agrarisch gebied, kan VLM deze gronden kosteloos in beheer geven aan een geïnteresseerde landbouwer. Gronden die bruikbaar blijven voor landbouw, kunnen worden ingezet als ruilgrond voor landbouw
Heb je zelf een vraag?
Stel hier je vraag